Zomaar een extra vakantie in mei. Wat een feest. We nemen afscheid van het Zuiden van Namibië nu we de auto voorlopig naar Katima gaan verhuizen, wat toch weer 1500 km verder ligt in dit immense land. Via de kokerbomen van Keetmanshoop rijden we naar Ai-Ais en de fantastische Fish River canyon. Dan terug naar Lüderitz en het spookstadje Kolmanskop waar de woestijn langzaam bezit neemt van de huizen. Vreemd en fraai. Hoogtepunt van deze reis is echter zonder twijfel de Namib: de grote lege woestijn waar we een dag of zes doorheen reizen.

We kamperen in onze nieuwe daktenten en slapen dan, na jaren van verlekkerd naar de plaatjes kijken, ook in Wolwedans op wellicht het mooiste plekje van dit immense land. Het is zo mooi als dat we verwacht hadden.
Van de storm in de woestijn rijden we naar de mist van Swakopmund waar we weer op zoek gaan naar walvissen, zeeleeuwen en dolfijnen om uiteindelijk ook een even fraaie als vreemde maanvis te zien.
Is het dan allemaal stilte en stralende natuur deze vakantie? Nee, de laatste twee dagen vind je ons op en naast de kartbaan voor een ander soort vermaak. Stroomt er toch weer wat adrenaline door de aderen. Afscheid nemen is dit keer niet zo pijnlijk: over zestig dagen zijn we er weer. Dan heeft Günter onze Witje weer in topconditie en rijden we naar Malawi. Dit snoepreisje smaakt nadrukkelijk naar meer immers.