Hugo hoefde niet heel lang na te denken en wilde wel mee een auto in Zuid-Afrika kopen. Joost had een Defender gevonden in Port Elizabeth en de eigenaar was bereid te wachten met de verkoop tot ze er waren. Dat werd een vlucht via Parijs en Johannesburg en daarna een paar dagen papierwinkel om de auto op de juiste naam te krijgen. Daarna verliepen de zaken zeer voorspoedig. De auto reed met gemak 120 en Namibië lonkte... tot er een rood lampje ging branden. Dat viel nogal mee maar toe later de stoom de auto in kwam viel het niet meer mee: de dynamo was gesneuveld en de riem die daar overheen liep had ook de koeling onder zijn hoede. De auto is ernstig oververhit en niet meer aan de praat te krijgen. Repatriëring naar Upington volgt.
Na rijp beraad wordt besloten de auto in ieder geval naar Windhoek te brengen. Dat gebeurt in een lange dag en nacht in een veel te kleine vrachtauto met veel te brede heren. Maar de auto staat waar hij staan moet en kan in Namibië gerepareerd worden.